Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Editor]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 9.1916

DOI issue:
[Nr. 4]
DOI article:
Kerkmeijer, J. C.: Beschrijving van Hoorn
DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.19805#0147

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
Behalve de torens had men dan nog de mooie, van steen opgetrokken Oude
Oosterpoort, Koepoort, Noorderpoort en Westerpoort, alle uit dien tijd dagteekenende.

Hiervan is eenig en alleen overgebleven de Maria-toren, die nu »Kruit-toren” heet,
achter de Vest. Hij was daar in 1508 gezet. De andere torens zijn alleen van afbeeldingen
bekend. Van de oude Oosterpoort, wier bouw in 1511 is begonnen en die in 1818 is
afgebroken, bestaat nog een mooi schilderijtje door Frans de Hulst, in het Museum
Boymans (afb. 2). Verder zijn er nog goede afbeeldingen van deze poorten in het
West-Friesch Museum, o. a. ook de mooie teekeningen van Pronk.

De zoogenaamde Hoofdtoren aan de Haven, werd begonnen in 1532 en is tot
op heden nog gelukkig aan den afbrekersdans ontsprongen.

De stad schijnt al
meer en meer in bloei te
zijn toegenomen; handel
en scheepvaart breidden
zich steeds uit. Eene derde
vergrooting vond der-
halve plaats in de jaren
1576-1577. De Oude
Oosterpoort viel toen bin-
nen de stad; de Nieuwe
Oosterpoort werd in 1578
begonnen. Deze is nog
blijven bestaan, hoewel
het doodvonnis reeds
was geveld.

Aan den Oostkant
kwam er bij deze derde

vergrooting een flink stuk Afb. 2. Oude Oosterpoort, naar een schilderij van Frans de Hulst, f 1661,
aan de stad; de tegen- in het Museum Boymans te Rotterdam.

woordige Karperkuil viel

nu ook binnen de omwalling. Van de Nieuwe Oosterpoort liep deze naar de Koepoort.

In 1608 had nog eene vergrooting plaats door het aanleggen van een haven aan
de Z. O. zijde. Er kwam toen bij: de tegenwoordige Vuilnisbelt en het Schietterrein,
toenmaals een haven. In dien tijd was de stad met grachten doorsneden; er waren groote
havens en werven, alles in verband met de steeds toenemende scheepvaart.

Bij de beschrijving der gebouwen moet ik + 1600 eene grens trekken, of misschien
nog beter: het laatst der 16de eeuw. De enkele gebouwen en de weinige brokstukken,
die nog over zijn van vóór dien tijd, dragen het middeleeuwsche karakter; de latere het
echte Renaissance-type.

135
 
Annotationen