Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Editor]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 4.1911

DOI issue:
Nr. 1
DOI article:
Verslagen en vereenigingen
DOI Page / Citation link: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19800#0052

DWork-Logo
Overview
loading ...
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
beschreven, is daarop, op verzoek der Commissie, opgemeten en in teekening gebracht
vanwege de Rijkscommissie voor de beschrijving der monumenten.

Plattegrond en doorsnede van den kelder zijn bij het verslag afgebeeld, evenals
de drie kapiteelen der zuilen.

Maasland. In drie vensters van het choor van de kerk der Ned. Hervormde
Gemeente bevinden zich gebrandschilderde glazen uit het begin der zeventiende eeuw,
bestaande uit verschillende fraai uitgevoerde, in cartouches gevatte wapens, waaronder
die van Delfland en van Jacob van Zuylen van Nievelt, die van 1615 tot 1625
kommandeur der Duitsche Orde te Maasland was. De kerkvoogden, die tot herstelling
der vensters wilden overgaan, wendden zich o. a. tot de Commissie om daarvoor subsidie
te erlangen. Deze steun werd haar verleend, terwijl ook door de Duitsche Orde, Balije
van Utrecht, op aanbeveling der Commissie, eene bijdrage werd toegezegd. Ook Hoog-
heemraden van Delfland verleenden een subsidie. Het aan de herstellingskosten der glazen
nog ontbrekende bedrag vertrouwt men van het Rijk te zullen verkrijgen.

Rhoon. Ter zake van de in vorige jaarverslagen vermelde grafzerken te Rhoon
ontving de Commissie, tot haar groot leedwezen, de mededeeling, dat door kerkvoogden
der Ned. Hervormde Gemeente met algemeene stemmen was besloten, de opstelling dier
zerken tegen den wand der kerk niet toe te staan. Eenige motiveering van dit besluit
was aan deze mededeeling niet toegevoegd.

Rotterdam. Naar aanleiding der door Burgemeester en Wethouders van Rotterdam
bij den Raad aanhangig gemaakte plannen tot verbetering der binnenstad en den bouw
van een nieuw raadhuis, tengevolge waarvan het oude zou worden afgebroken, heeft het
bij de Commissie een punt van overweging uitgemaakt, of zij op behoud van het oude
raadhuis zou aandringen. Slechts twee harer leden echter bleken deze meening te zijn
toegedaan. De groote meerderheid der Commissie was daarentegen van oordeel, dat het
bestaande Rotterdamsche raadhuis niet van zóó groote kunsthistorische waarde is, dat het
zou behouden moeten blijven, ook nu billijke eischen van het verkeer de slooping ervan
gewenscht maken. Deze meerderheid meende, dat het belang zelf der monumenten van
oude bouwkunst wordt geschaad, indien door de vrienden der monumenten wordt aan-
gedrongen op het instandhouden van oude gebouwen, ook al bezitten die geene groote
artistieke beteekenis en al verzetten de eischen van het moderne verkeer zich tegen hun
voortbestaan.

Voorburg. Door den Hoofddirecteur van ’s-Rijks Museum te Amsterdam werd
aan de Commissie toegezonden een schrijven van kerkvoogden der Ned. Hervormde
Gemeente te Voorburg, berichtende, dat onder den vloer der catechisatiekamer in de
kerk aldaar gebeeldhouwde oude grafzerken waren gevonden. Bij een ter plaatse ingesteld
onderzoek bleek, dat de catechisatiekamer is afgeschut in het choor der kerk en dat bij
een herstelling van den houten vloer van dat vertrek de zerken bloot waren gekomen.
De twee, te zamen één geheel vormende, hardsteenen zerken zijn omrand door eene
draperie en van onderen versierd door twee treurende cherubijntjes. Op de (heraldisch)

40
 
Annotationen