Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 4.1911

DOI Heft:
Nr. 3
DOI Artikel:
Hoefer, Frederic Adolph: Mededeelingen over de monumenten van Deventer
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19800#0171

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
naam aan de gebroeders Mouwyck, die hun huizingen ten behoeve van eenige arme vrouwen
onder zekere voorwaarden afstonden. In 1851 werden de bestuurders gemachtigd het
gebouw te verkoopen. Gebeeldhouwde steenen van het poortje uit 1645 met de wapens
van Mouwyck en Van der Beeck bevinden zich in het Kabinet van Zeldzaamheden.

b. Herman Boevinckshuis. — Het draagt den naam van zijn stichter en werd opgericht
ten behoeve van 10 arme, oude vrouwen. Het stond in de Pontsteeg. In 1852 werden
de bestuurders gemachtigd de gebouwen te verkoopen.

c. Meijershoj. — De weduwe van Arent
Meyer verkocht in 1455 haar woning aan de
provisoren van het Nieuwe Haverhuis. Dit
huis stond in de Broerenstraat naast het Oude
Haverhuis. Het Oude Haverhuis was in 1388
door Jan Haver gesticht ten behoeve van 5 arme,
oude vrouwen en ontleende zijn naam aan zijn
oorspronkelijke bestemming, hierin toch vond
de vreemdeling berging voor zekeren tijd van
zijn haver, die hij ter markt gebracht, maar niet
verkocht had. In 1415 werd het Nieuwe Haver-
huis tot een Tkrmenhuis voor 6 behoeftige
vrouwen aangekocht, na den aankoop van het
huis van Meyer werden deze vrouwen daarin
overgebracht. In 1852 kregen de bestuurders
machtiging tot den verkoop der gebouwen, die
niet afgebroken werden, maar betrokken door
de bewoonsters van het Wanningshuis, welke
stichting na dien tijd meestal Meyershof ge-
noemd wordt. Het poortje heeft tot opschrift
een huismerk tuschen twee B’s, waaronder
»Ao. 1661. Meyers . Hoff.”

Het St. Jurriënsgastbuis. — Dit ziekenhuis
komt het eerst in 1361 voor. Oorspronkelijk
bestemd voor melaatschen lag het buiten de
stad. Na de vermeestering der stad in 1578
door Rennenberg werd het gasthuis binnen Deventer verplaatst in de Begijnenstraat naast
het St. Elizabethsgesticht, welks bestuurders in 1843 gemachtigd werden tot uitbreiding
der stichting het St. Jurriënsgasthuis aan te koopen. Boven het gevelfront, waar het thans
staat, bevindt zich het beeld van St. Joris met den draak.

Het Jordenshofje of Keizersplaats. — Ingang Groote Overstraat No. 32—34. Stichter
in de 16de eeuw was Ewold Keizer. Vermoedelijk huwden twee kleindochters van Keizer
onderscheidelijk met Ewold Buiser en Hendrik Jordens, die het in verval geraakte Armen-

ingang tot het Kantongerecht.

160
 
Annotationen