Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 9.1916

DOI Heft:
[Nr.1]
DOI Artikel:
Korte mededeelingen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19805#0072

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Mr. Muller kon vaststellen, dat zij behoord hadden tot de tombe van den boven-
genoemden bisschop, overleden in 1455. Uit de documenten blijkt, dat de grafkapel voor
1468 voltooid, maar haar inwendige versiering tusschen 1473 en 1494 aangebracht is.
Reeds in 1476 stonden er enkele beelden in. De kleedij der figuren is mede een argument
om de beeldjes voor producten der Domloods uit omstreeks 1475 te houden.

Utrecht. — In de laatste zitting van den gemeenteraad van Januari 1.1. is volgens
het voorstel van B. en Ws. besloten om een centraal museum te stichten, waarin ook de
verzameling van het Aartsbisschoppelijk museum zal worden opgenomen. Wij hopen in
een volgend nummer eenige nadere bijzonderheden over de plannen mede te deelen.

Vlissingen. — Het herstel van de »Beurs” is afgesprongen, omdat eenige personen,
die geld ervoor beloofd hadden, zich terugtrokken. Het dak en het torentje zijn reeds
verleden jaar gerestaureerd.

Zuidlaren. — De havezathe Laarwoud, een landhuis in deftigen 18de-eeuwschen
trant en te midden van een fraai park gelegen, is door de gemeente voor f 80.000 aan-
gekocht. Naar men hoopt, niet met de bedoeling hier een villa-terrein te exploiteeren.

Zutfen. — Men is bezig met het herstellen van den toren der St. Walburg, en
wel met de bovenhelft van het vierkante benedenstuk. De benedenhelft daarvan komt
later aan de beurt, tegelijk met het laatgotische trappentorentje, waarvan tot dusverre alleen
het vierkant hersteld is.

Vooral het gedeelte van den toren, dat men thans onder handen heeft, eischte
herstelling.

In het midden der vorige eeuw heeft men er veel aan verknoeid, en zoo zijn dan
de tufsteenen gevels op vele plaatsen met metselsteen hersteld — zelfs heeft men met dat
materiaal de tufsteenen steunbeeren tot aan den eersten omloop opgetrokken. Hersteld zijn
nu de zuid- en westgevel.

Elk der vier gevels is door de waterlijsten in drie vakken verdeeld.

In elk vak bevinden zich drie naast elkaar geplaatste blindvensters. Dit laatste
geldt evenwel alleen voor den noord- en den oostgevel.

De gevels, welke nu hersteld zijn, wijken van de beide andere evenwel iets af,
doordat het middenvenster in het middelste vak tot bovenaan het derde vak gaat.

In dezen zuid- en dezen westgevel zijn de metselsteenen uitgebroken en door tufsteen
vervangen; in datzelfde materiaal zijn ook de blindvensters hersteld.

De balustrade langs den eersten omloop is gedeeltelijk weggebroken. Zij was van
hout en zal nu door eene van groefsteen vervangen worden.

Ook is men bezig het koperwerk, waarmee de zoogenaamde peperbus bekleed is,
op de plaatsen, waar het geheel versleten was, te herstellen.

»N. R. C.” 13 Oct. 1915.

60
 
Annotationen