Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 6.1905

DOI Heft:
Nr. 3
DOI Artikel:
Six, Jan: Wie is het meisje in den hoenderhof van Steen in het Mauritshuis?
DOI Artikel:
Gand
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17412#0107

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
95

toch kenmerkend genoeg. De overeenkomst met andere meisjes bij Steen
berust vooral op de uitdrukking. Bij Janson van Ceulen nu draagt de Prins
ook een lange geel satijnen rok tot op den grond, wel iets minder vrouwelijk
van snit, maar toch geen gewone jongensdracht.

Daar de schilderij van Steen, blijkens het lammetje en den strooien hoed
van het voorjaar (April) van 1660 is. zou den Prins dus 91 jaar oud, dat
is iJr of 2 jaar ouder voorstellen.

In hetzelfde jaar 1658 werd de Prins ook op een Delfsch bordje nog
geheel in meisjeskleeren geschilderd, wel is waar naar oudere prenten,
maar wanneer men den jongen vorst niet meer zoo had gezien, zou
men hem toch te Delft niet meer zoo hebben afgebeeld.

Dat nevens deze afbeeldingen er ook andere gevonden worden,
zooals bijvoorbeeld de ruiterportretjes, op prenten, waar hij als knaap
gekleed is, doet de aangehaalde feiten niet te niet.

Wat kan de reden zijn geweest dat men het Prinsje zoolang, ten
minste thuis, in meisjeskleeren hield? Ik weet het niet. Misschien meende
men dat die beter beschutting gaven aan zijn tenger lichaam ? Verborgen
zij ook een keurslijf en beugels? Of was het niet anders dan de zucht der
hem omgevende vrouwen om hun troetelkind »klein': te houden, waaraan
men reeds in November 1659, toen de Prins naar Leiden werd gezonden,
getracht had een einde te maken? Misschien weet iemand onder mijn lezers
de ware reden.

Hoe het zij, ik meende dat het der moeite waard was aan anderen de
vraag voor te leggen of wij een portretje bezaten van onzen geestigsten
schilder van den vorst, van wien het volk niet zonder reden zong :

Al is ons Prinsje nog zoo klein

Alevel zal hij Stadhouder zijn.

Amsterdam, 13 Maart 1903. J. Six.

Gand. — Société des Amis du Musée.

Depuis six ans un groupe d'amateurs des beaux-arts a formé sous ce
titre une association dont le but est d"enrichir d'ojuvres anciennes le Musée
des seaux-arts. Parmi les acquisitions de 1904, il n'est pas sans intérêt de
signaler ici deux tableaux de 1'école hollandaise du début du XVIe siècle,
achetés tous les deux chez les P.P. Dominicains de Gand. On sait que l'on
retrouve assez souvent dans des couvents étrangers des oeuvres religieuses
hollandaises des XV0 et XVI0 siècles, exportées après le triomphe du
calvinisme.

Le premier est un Crucifiement de Jacob Cornelisz. [Buys], dit van Am-
sterdam, né a Oostzanen d'une familie originaire d'Alkmaar, et qui florissait
vers 1500—1530. C'est une oeuvre remarquable au point de vue de la
 
Annotationen