Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 8.1907

DOI Heft:
Nr. 3-4
DOI Artikel:
Boeles, P. C. J. A.: De Nederlandsche afdeeling in het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden
DOI Artikel:
Boeles, P. C. J. A.: Karolingisch zilverwerk in het Museum te Leeuwarden
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17414#0137

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
I3i

publiek gesloten depot en dan overzichtelijk geordend, desnoods op zolders.

Ten slotte een paar kleinigheden, ten bewijze dat ik de collectie met
aandacht bezichtigd heb, dingen die aan de waarde van het geheel niets
afdoen, maar evenals storende drukfouten om rectificatie vragen. In de
afdeeling van het Romeinsche terra-sigillata bevindt zich, onder een scherven-
overzicht van dat vaatwerk, een scherfje (u°. 1851), dat door zijn lichtgrijze
kleur opvalt onder al die typisch roode waar, en inderdaad, al is er overeen-
komst in de reliëfversiering. De Spaansche plooikraag en hoed van het in
een medaillon geplaatste mannenkopje bewijst volkomen dat het hier een
vreemde eend in de bijt geldt en wel uit de i6de eeuw. Een pendant
levert de als Frankisch (waarom ?) aangeduide groep van bewerkte beenen
voorwerpen uit de terpen, waaronder een in i6de of iyde eeuwsch kostuum
gehuld vrouwenfiguurtje, vermoedelijk een mesheft. Een voorbeeld te meer
hoe zich in den bodem, op soms raadselachtige wijze, onder werkelijk
oude dingen betrekkelijk moderne voorwerpen weten te mengen.

Met dit weinige hopen wij te hebben voldaan aan het verzoek van
de Redactie om nog in deze aflevering van het Bulletin de aandacht te
vestigen op deze belangrijke gebeurtenis op het gebied der Nederlandsche
oudheidkunde.

Mr. P. C. J. A. Boiii.ES.

Karolingisch zilverwerk in het Museum te Leeuwarden.

Zilversmidswerk dat typisch is voor den Karolingischen tijd komt
geloof ik in onze Nederlandsche musea niet voor. De terpen hebben het
onlangs geleverd: een vondst van negende eeuwsche munten en de hier
volledig en op ware grootte weergegeven versierde stukken zilver, welke
laatste, met een keuze uit de munten, het eigendom werden van den
heer S. Wigersma Hz. te Leeuwarden, die deze merkwaardige zaken in
bruikleen afstond aan het Friesch museum.

De muntvondst, waarover wij hier niet in den breede zullen uitweiden,
geeft een interessanten kijk op het in de dagen dat alles in den grond
raakte circuleerende geld en eenige aanwijzing voor de streken waar het
grootste bestanddeel, de twintig barbaarsche gouden solidi van Lodewijk
den Vrome, vervaardigd werden. Deze munten komen in ons Noorden
nog al eens voor, hoewel niet uitsluitend. Dirks beeldde er in 1858 een
exemplaar van af in de Rcime de la numismatique Beige1) en de heer
Wigersma deelt er2) het noodige over mede aan de hand eener aan Gariel
ontleende afbeelding, weergevende de gelijdelijke verwording van deze
barbaarsche typen 2). Mag men aannemen dat deze solidi in de 9e eeuw

1) Tom. II, 3me Série, n<h 15.

2) Tijdschrift voor munt- en penningkunde^ 1906, blz. 100.
 
Annotationen