Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Editor]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 1.1899-1900

DOI issue:
Nr. 5
DOI article:
Boekbeoordeeling en Aankondiging
DOI Page / Citation link: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17407#0180

DWork-Logo
Overview
loading ...
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
169

Behalve deze beide omvangrijke bescheiden beschikte Delbecq
nog over een aantal aanteekeningen van verschillenden aard, die ook
al heel wat verwarring gesticht hebben, tot in de werken van Crowe
en Cavalcaselle en van den abt Dehaisnes toe.

Nu dit bedrog volledig aan de kaak gesteld is, is het van weinig
belang meer, te weten, of Delbecq zelf de vervaardiger geweest is van
een en ander, of dat hij het slachtoffer is geweest van een oplichter.
In het eerste geval heeft hij wel voldoening gehad van zijn bedrijf,
want driekwart eeuw moest er over verloopen, eer de vermoedens tegen
hem gerezen tot een enquête aanleiding gaven, en de scherpzinnig-
heid van een van der Haeghen was er voor noodig, hem geheel te
ontmaskeren.

Ten slotte zij er nog op gewezen, dat het werkje van het begin
tot het einde met een overtuigende klaarheid is geschreven, en voorzien
is van uitstekende registers. Het afzonderlijke register van de namen die
weer uit de lijsten van kunstenaars geschrapt moeten worden, beslaat
20 bladzijden!

Amsterdam. E. W. Moes.

«Das Leben Jesu Christi von Jan Jöest geschildert auf den Flügeln
des Hochaltars zu Kalkar. Herausgegeben und beschrieben von Stephan
Beissel (M.-Gladbach, B. Kühlen's Kunstantalt)« is de titel van een
uitgave, die zeer de aandacht verdient, niet om den tekst, die niets
nieuws brengt behalve de nauwkeurige beschrijving van het veelgeprezen
altaarwcrk, maar om de uitnemende lichtdrukken, die een hoogst welkome
bijdrage voor de kunstgeschiedenis zijn.

jan Joest neemt een zeer bijzondere plaats in, tusschen de Neder-
landsche, speciaal Haarlemsche, en de Duitsche, Neder-Rijusche kunste-
naars. Uit Haarlem afkomstig en daar weer begraven, schiep hij tusschen
1505 en 1508 te Kalkar zijn voornaamste werk, dat een brug vormt
tusschen de realistische Hollandsche en de meer mystieke Duitsche kunst.

N. R. C.

Pas verschenen is een vierde druk van den catalogus, van het
Bisschoppelijk Museum te Haarlem, van de hand van den heer ]. J.
Graaf. In ons volgend nummer hopen wij op dezen verdienstelijken
arbeid terus te komen.
 
Annotationen