Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]: Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond (2.1900-1901)

38

Thans zijn zij teruggekomen en vertoonen zij zich weder in hun
oorspronkelijken staat. Bij de behandeling bleek het, dat zij hier en
daar sterk overgeschilderd waren, vooral de H. Johannes; men had
zelfs de handteekening des schilders niet gespaard. De grootte der
doeken is deze: Mattheus 76 bij 101 c.M.; Marcus 74V2 bij 102 c.M.;
Lucas 75'/» bij 102 c.M.; Johannes 77 bij 102 c.M.

Voor bijzonderheden verwijs ik naar «Eigen Haard« jg. 1900,
No. 33, en het 2oBte deel der Versl. en Mededeel, der Vereen, tot
beoef. van Ov. R. en Gesch. Bij den heer J. C. Reesinck, phot. te
Zutphen—Deventer zijn zeer goede photographiën verkrijgbaar.

Dit jaar nog wordt ter Borch's «De Deventer Magistraat A°.
ióó7« aan de bekwame handen van den heer de Wild toevertrouwd.

Deventer. Dk. M. E. Houck.

Verslagen van Vereenigingen.

Vereeniging ,,Oud-Dordrecht."

Uit het Jaarverslag van 1899—1900 blijkt, dat de Vereeniging zich
in een bevredigenden toestand bevindt, daar de inkomsten zijn gestegen,
het nadeelig saldo tot op een minimum is geslonken, het bezoek aan
het museum sterk is toegenomen, en vooral daar een belangrijke aankoop
kon worden gedaan, n.1. de zeer fraaie zilveren avondmaalschotel,
afkomstig van de Nederl. Hervormde Gemeente te Bleskensgraaf, datee-
rende van het midden der zeventiende eeuw.

Een helaas niet al te goed geslaagde photografische reproductie
van den schotel is aan het verslag toegevoegd. Ofschoon het zeker te
waardeeren is, dat het bestuur van de vereeniging «Oud-Dordrecht«
door dezen aankoop het zeer goede drijfwerk voor ons land behouden
heeft, betreuren wij het, dat het kerkbestuur het kunstwerk, dat door
zekere Pieternella Cornelis «voor de Kerck van Blesgraf« bestemd was,
niet beter in eere heeft weten te houden.

Van de verdere aanwinsten is vermeldenswaard het model van
«De Keulsche Galije,« een Oost-Indievaarder van de Kamer van Zeeland
van 1747.

E. W. M.