155
De muntvondst van Nietap. (Dr.)
In het voorjaar van 1899 vonden arbeiders, die bezig wai'en met
het graven van potklei, op ongeveer 1 decimeter diepte op 10 minuten
afstands van hel Drentsche dorpje Nietap (bij het huis Lindenstein) een
negen tal gouden Merovingische muntjes.
Zeven er van kwamen door aankoop in bezit van den heer J.
P. Santée .te Nietap, die ze ten geschenke aanbood aan het Prov.
Drentseri Museum te Assen, de beide anderen zijn nog iu het bezit
van den eigenaar van het stuk land, waarop ze gevonden zijn.
Door de vriendelijkheid van den heer G. J. Landweer te
Heereveen, die dé muntjes ter bestudeering naar het Kon. Penning-
Kabinet toezond, zijn wij in de gelegenheid do lezers van dit tijdschrift
er mede bekend te maken.
L Voorzijde: N R 4- links, E A -f rechts. Links gewende
buste met diadeem.
Keerzijde: V X 0 N X v---h 0 + N buitenste omschrift, —
parelrand, daarbinnen kruis op een bol, ter weerszijden: barbaarsche
navolging waarschijnlijk van de letters C - A.
Goud. 1,3 gram. Tiers de sou.
Verg. Prou.1) 1239.
Verg. Belfort.2) 5+34.* 2 Exemplaren.
II. Voorzijde: N R -f- links, E A rechts. Links gewende buste
met diadeem.
Voor de buste, ter hoogte van den mond, drie bolletjes,
Keerzijde: V 4- N-j-NVNuE-f- buitenste omschrift, parelrand,
daarbinnen kruis op een bol, ter weerszijden: barbaarsche navolging
waarschijnlijk van de letters C - A.
Goud 1,25 gram. Tiers de sou.
Verg. Prou 1239.
III Voorzijde: Links een zigzagsche streep, waarschijnlijk N R
moetende verbeelden, daarachter -J-, rechts E A- Links gewende buste
met diadeem. Voor de buste, ter hoogte van den mond, drie bolletjes.
Keerzijde: V -f- NüN-f V-f NON -f buitenste omschrift, pa-
relrand, daarbinnen kruis op een bol, ter weerszijden: barbaarsche navol-
ging waarschijnlijk van de letters C - A.
Goud 1,25 gr. Tiers de sou.
v. d. Thijs.3) pl. II. No. 21.
1) M. Prou. Les monnaies mérovingiennes. Paris. 1892.
2) A. de Belfort. Description générale des monnaies mérovingiennes, Paris 1892-95
5 vols.
3) v.d.ChiJa, De munten der Frankische en Duitsch-Nederlandsohe vorsten. Haarlem 1866.
De muntvondst van Nietap. (Dr.)
In het voorjaar van 1899 vonden arbeiders, die bezig wai'en met
het graven van potklei, op ongeveer 1 decimeter diepte op 10 minuten
afstands van hel Drentsche dorpje Nietap (bij het huis Lindenstein) een
negen tal gouden Merovingische muntjes.
Zeven er van kwamen door aankoop in bezit van den heer J.
P. Santée .te Nietap, die ze ten geschenke aanbood aan het Prov.
Drentseri Museum te Assen, de beide anderen zijn nog iu het bezit
van den eigenaar van het stuk land, waarop ze gevonden zijn.
Door de vriendelijkheid van den heer G. J. Landweer te
Heereveen, die dé muntjes ter bestudeering naar het Kon. Penning-
Kabinet toezond, zijn wij in de gelegenheid do lezers van dit tijdschrift
er mede bekend te maken.
L Voorzijde: N R 4- links, E A -f rechts. Links gewende
buste met diadeem.
Keerzijde: V X 0 N X v---h 0 + N buitenste omschrift, —
parelrand, daarbinnen kruis op een bol, ter weerszijden: barbaarsche
navolging waarschijnlijk van de letters C - A.
Goud. 1,3 gram. Tiers de sou.
Verg. Prou.1) 1239.
Verg. Belfort.2) 5+34.* 2 Exemplaren.
II. Voorzijde: N R -f- links, E A rechts. Links gewende buste
met diadeem.
Voor de buste, ter hoogte van den mond, drie bolletjes,
Keerzijde: V 4- N-j-NVNuE-f- buitenste omschrift, parelrand,
daarbinnen kruis op een bol, ter weerszijden: barbaarsche navolging
waarschijnlijk van de letters C - A.
Goud 1,25 gram. Tiers de sou.
Verg. Prou 1239.
III Voorzijde: Links een zigzagsche streep, waarschijnlijk N R
moetende verbeelden, daarachter -J-, rechts E A- Links gewende buste
met diadeem. Voor de buste, ter hoogte van den mond, drie bolletjes.
Keerzijde: V -f- NüN-f V-f NON -f buitenste omschrift, pa-
relrand, daarbinnen kruis op een bol, ter weerszijden: barbaarsche navol-
ging waarschijnlijk van de letters C - A.
Goud 1,25 gr. Tiers de sou.
v. d. Thijs.3) pl. II. No. 21.
1) M. Prou. Les monnaies mérovingiennes. Paris. 1892.
2) A. de Belfort. Description générale des monnaies mérovingiennes, Paris 1892-95
5 vols.
3) v.d.ChiJa, De munten der Frankische en Duitsch-Nederlandsohe vorsten. Haarlem 1866.