Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.1900-1901

DOI Heft:
Nr. 6
DOI Artikel:
Officieele Mededeelingen
DOI Artikel:
Derde Jaarverslag van den Nederlanschen Oudheidkundigen Bond 1900 - 1901
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17408#0232

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
224

Hierna verkrijgt de heer W. J. Tuyn het woord voor eene korte
toelichting op de nader te Edam te bezichtigen bezienswaardigheden.
Na een kort overzicht van de geschiedenis der stad en van de wijk
Volendam, wordt uitvoerig stilgestaan bij de geschiedenis van de Groote
Kerk en het Museum aan de hand van het artikel van spreker in:
«Oude Hollandsche steden der Zuiderzee^. Ten slotte biedt spreker
als herinnering aan de bezoekers een overdruk aan van het door hem
in Eigen Haard geplaatst artikel over het museum te Edam.

Met een kort woord van dank aan de sprekers en aan de rege-
lings-eommissie sluit de voorzitter even na 3 ure de vergadering, waarna
de bezoekers onder deskundig geleide eene wandeling maken door de
stad en te 5 ure per trekschuit zich naar Volendam begeven. Ook
hier wordt het belangrijkste bezichtigd. Tegen 6 ure vereenigt men zich
in hötel Spaander, waar nog eenige toasten werden uitgebracht. Na
afloop bleef men eenigen tijd bijeen in den tuin van het Damhötel
onder de toonen van hel concert van Edam's Fanfarekorps door de
Regelings-Commissie aan de gasten welwillend aangeboden.

De Secretaris,

J. C. OVERVOORDE.

Derde Jaarverslag

van den

Nederlandschen Oudheidkundigen Bond

1900 — 1 9 O I .

De algemeene toestand van den Rond is bevredigend. In het
afgeloopen vereenigingsjaar traden toe: één vereeniging, twee leden-be-
heerders en 16 binnenlandsche en 2 buitenlandsche correspondeerende
leden. Twee correspondenten bedankten, zoodat thans bij den Bond
zijn aangesloten 22 vereenigingen en commissies, 24 persoonlijke leden,
92 correspondeerende leden in het binnenland en 10 in het buitenland.
Het Bulletin wordt aan de 148 leden en correspondeerende leden ver-
zonden en aan 35 abonné's, welk aantal waarschijnlijk nog hooger ware
geweest, wanneer niet door het zeer beperkt aantal nog in voorraad
zijnde exemplaren van No. 1 en 2 van den eerste jaargang van het
Bulletin verdere uitbreiding van het aantal abonné's ware tegengehouden.

De financiëele toestand geeft, gelijk nader uit het verslag van
den penningmeester zal blijken, reden tot tevredenheid, al ware ruimer
 
Annotationen