DOI Heft:
Nr. 2
DOI Artikel:Officieele Mededeelingen / Staatsbegrooting voor het jaar 1901
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.17408#0064
59
ring en werd toen tijdelijk geholpen door den geheelen post voor onvoor-
ziene uitgaven, met voorbijgang van alle andere aanvragen, hiervoor
beschikbaar te stellen.
Van de monumenten in beheer bij het rijk is dit jaar f3000.—
minder uitgetrokken voor het Dinghuis te Groningen, hetwelk thans
nagenoeg gereed is, cn wordt van dit bedrag f 1500.— bestemd tot
verhooging voor het Prinsenhof te Delft, waarvan onlangs door de
gemeente eenige lokalen «ter beschikking zijn gesteld voor het Rijk,-»;
en f 1500.— voor den kloostergang van St. Maria te Utrecht, «waar-
van thans eene onoogelijke, in later tijd daarop geplaatste verdieping
kan worden geamoveerd en door een nooddak vervangen worden.« De
werkelijk besteedde bedragen bleven dit jaar bij de meeste gebouwen
beneden het geraamd bedrag, waartegenover echter aanmerkelijk meer
werd besteed voor het Dinghuis te Groningen, de kerk te Veere en
den toren van het slot te IJsselstein (respectievelijk f997.50, f 1999.99
en f 327.53 boven het geraamd bedrag.)
Voor nieuwe subsidie wordt voorgedragen de N. H. Kerk te
Rheden, welke dateert van 1505, terwijl de toren uit de XIIe eeuw
stamt. Het geheel is van tufsteen gebouwd en «een voor de geschie-
denis onzer nationale bouwkunst merkwaardig monument.« De toestand
is echter allertreurigst en eiseht spoedig herstel, hetwelk geschat wordt
op f 16.700, waaraan door de kerk cn particulieren de helft zal worden
bijgedragen, de rest zal verkregen worden door een rijkssubsidie, te
verdoelen over 4 jaar.
Ten slotte valt met genoegen te wijzen op de belangrijke bijdra-
gen uitgetrokken voor ambachts- en teekenonderwijs (f 4498z.— en
f 9400.— hooger). Hoewel dit niet direct aan de oude monumenten
ten goede komt, zal dit ongetwijfeld Strekken tot verbetering van het
onderwijs, tot vermeerdering der kennis en hiermede tot verhooging van
de belangstelling in de oude meesterwerken.
J. C. O.
ring en werd toen tijdelijk geholpen door den geheelen post voor onvoor-
ziene uitgaven, met voorbijgang van alle andere aanvragen, hiervoor
beschikbaar te stellen.
Van de monumenten in beheer bij het rijk is dit jaar f3000.—
minder uitgetrokken voor het Dinghuis te Groningen, hetwelk thans
nagenoeg gereed is, cn wordt van dit bedrag f 1500.— bestemd tot
verhooging voor het Prinsenhof te Delft, waarvan onlangs door de
gemeente eenige lokalen «ter beschikking zijn gesteld voor het Rijk,-»;
en f 1500.— voor den kloostergang van St. Maria te Utrecht, «waar-
van thans eene onoogelijke, in later tijd daarop geplaatste verdieping
kan worden geamoveerd en door een nooddak vervangen worden.« De
werkelijk besteedde bedragen bleven dit jaar bij de meeste gebouwen
beneden het geraamd bedrag, waartegenover echter aanmerkelijk meer
werd besteed voor het Dinghuis te Groningen, de kerk te Veere en
den toren van het slot te IJsselstein (respectievelijk f997.50, f 1999.99
en f 327.53 boven het geraamd bedrag.)
Voor nieuwe subsidie wordt voorgedragen de N. H. Kerk te
Rheden, welke dateert van 1505, terwijl de toren uit de XIIe eeuw
stamt. Het geheel is van tufsteen gebouwd en «een voor de geschie-
denis onzer nationale bouwkunst merkwaardig monument.« De toestand
is echter allertreurigst en eiseht spoedig herstel, hetwelk geschat wordt
op f 16.700, waaraan door de kerk cn particulieren de helft zal worden
bijgedragen, de rest zal verkregen worden door een rijkssubsidie, te
verdoelen over 4 jaar.
Ten slotte valt met genoegen te wijzen op de belangrijke bijdra-
gen uitgetrokken voor ambachts- en teekenonderwijs (f 4498z.— en
f 9400.— hooger). Hoewel dit niet direct aan de oude monumenten
ten goede komt, zal dit ongetwijfeld Strekken tot verbetering van het
onderwijs, tot vermeerdering der kennis en hiermede tot verhooging van
de belangstelling in de oude meesterwerken.
J. C. O.