Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]: Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond (7.1906)

9°

lichtkronen en muurlampen, benevens een kunstig bewerkt model van een
kerk die aan de westzijde van het Stadhuisplein te Batavia van 1733 —1736
werd gebouwd. Ook in die zijgang zijn tentoongesteld de oude maten en
gewichten, vormen voor dakpannen en alles wat niet geschikt werd geacht
om in het vertrek één geheel te vormen met het overige meubilair.

Dit is alzoo de wordingsgeschiedenis van de in weinige jaren ontstane
»Historische Afdeeling" van het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en
Wetenschappen. Dat zij eenig is en ook in Europa haar weerga niet vindt
behoeft niet betwijfeld te worden. Het belangrijkste dezer verzameling is
echter, dat zij, door de inrichting van een vertrek uit de dagen der Ver-
eenigde Oost-Indische Compagnie, niet alléén een denkbeeld van den arbeid
dier dagen geeft, maar tevens een leerrijk geheel aanbiedt dat verzamelaars
en kunstliefhebbers tot meerder onderzoek kan aansporen.

M. Serrurier,

Ouchy-sous-Lausanne, Februari 1906. ten Kate.

Verslagen van Vereenigingen.

Verslag 1905 Museum van Oudheden te Groningen.

Met een welverdiende huldebetuiging aan de schenkster Mevr. G. Mesdag
van Calcar wordt het zeldzaam geschenk van 47 aquarellen van de voornaamste
Nederlandsche meesters uit de 19de eeuw vermeld en de inrichting van de
tweede Taco-Mesdagzaal. Van de verdere aanwinsten valt alleen te wijzen
op een rijke Japanschen schotel met het Groningsche wapen, uit de iSeeeuw.
De aankoopen beperkten zich tot eenige opgegraven voorwerpen en een
gesneden mangelplank uit het jaar 1589. Door den heer J. A. Hesterman
werden 4 schilderijen van J. J. de Stomme, D. Maes en L. Schouman
gerestaureerd.

Ook dit jaar schijnt de grens bij het aannemen van geschenken soms
wel wat ruim getrokken.

Het bestuur geeft een blijk van vertrouwen in de toekomst door zoo
kort na de groote uitbreiding van het Museum weder een nieuwen vleugel
te ontwerpen, waartoe door twee particulieren ƒ15.000 is geschonken en
een gelijk bedrag door Pictura wordt verstrekt voor de in dien vleugel te
verkrijgen expositiezalen. Toch zal de reeds niet geringe schuldenlast van
het Museum hierdoor weder met ƒ 12.000 worden verhoogd.

Gaarne hopen wij, dat het vertrouwen van het bestuur niet zal worden
beschaamd en dat de steeds toenemende steun van belangstellenden voor
het werkelijk interessant museum het bestuur in staat zal stellen aan de
steeds zwaarder drukkende lasten het hoofd te bieden.