Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 7.1906

DOI Heft:
Nr. 4
DOI Artikel:
Officieele Berichten
DOI Artikel:
Nederlandsche Musea
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17413#0109

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
roi

Bij de lange lijst van medewerkers mag echter niet worden vergeten,
dat hieronder verschillende namen voorkomen, die slechts korte mededeelingen
verstrekten en dat vele namen ontbreken van personen wier medewerking
de toch reeds soms moeielijke taak van de redactie van het Bulletin zoude
kunnen verlichten Van 19 tot den Bond toegetreden directeuren en con-
servatoren werd dit jaar geen enkel bericht over hunne verzamelingen ont-
vangen en van de 264 correspondeerende leden worden slechts 19 namen
onder de medewerkers gevonden. Eene opwekking tot meerdere belang-
stelling en medewerking; kan zeker niet overbodig; geacht worden.

Ten slotte rest mij de aangename plicht om een woord van dank te
brengen aan bet Gemeentebestuur voor de aan den Bond bereide ontvangst
en aan de Commissie te Middelburg, die op zoo welwillende wijze, de
voorbereiding van deze vergadering heeft op zich genomen.

J. C. O VERVOORDE,

Secretaris.

Neclerlanclsche Musea.

Nederlandsch Museum voor Geschiedenis en Kunst. — Aanwinsten.

Was de laatste aanwinst, waarvan wij hier melding maakten {Bulletin I.
blz. 12), een stuk ceramiek, dat beteekende niet een opgeven van ons
plan om de verzameling plastiek met karakterestieke werken uit de
Italiaanscbe vroeg-renaissance aan te vullen.

Na het begin dat wij het vorige jaar gemaakt hadden met het Madonna-
reliëf in stucco en den fraaien Christuskop uit de school van Yerrocchio,
ging ons verlangen uit naar een werk van den grootmeester van den
Italiaanschen Quattrocento, van Donatello. Een vroeger in den Parijschen
kunsthandel gevonden bas reliëf in stucco, naar het bekende marmeren reliëf
door den meester voor de kapel der familie Pazzi gemaakt, werd aangekoebt
en toen de nieuwere, vermoedelijk zeventiende eeuwsche, polychromie werd
verwijderd, kwam een werk van zeer bijzondere gaafheid, grootendeels
voorzien van de oorspronkelijke schildering, voor den dag, dat, de kost-
baarheid van het materiaal daargelaten, niet onder doet voor het Berlijnsche
exemplaar in marmer.

De Madonna Pazzi is een reliëf uit Donatello's vroegeren tijd en mag
in de eerste 25 jaren der 15de eeuw gesteld worden. Het gelijkmatige
profiel van de H. Maagd, de eenvoudige, strenge plooien van den hoofddoek
wijzen op een nog zeer levendigen invloed der klassieken, in het zuiver
geobserveerde, zoo heerlijk gemodeleerde kinderlichaampje zien wij reeds
den man die zich rechtstreeks tegenover de natuur weet te zetten, die haar
vormen onmiddelijk, in alle vrijheid, op zich laat inwerken. En het antieke
 
Annotationen