Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 7.1906

DOI Heft:
Nr. 4
DOI Artikel:
Officieele Berichten
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17413#0105

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
7e Jaargang. No. 4.

BULLETIN

uitgegeven door den

Nederlandschen Oudheidkundigen Bond.

Beschermvrouw H. M. de Koningin.

Augustus 1906.

Het Bulletin van den Ned. Oudh. Bond verschijnt op onbepaalde tijden,
in nummers van één tot drie vel. Zes nummers vormen een deel.
De prijs per deel bedraagt ƒ 2.50.

De leden van den Bond en de correspondenten ontvangen het Bulletin
kosteloos.

Uitgever: Johanxes Muller, Amsterdam.

Stukken voor de redactie te zenden aan : E. W. Moes, Frans van Mierisstr. 85,
Amsterdam, Mr. J. C. Overvoorde, Plantsoen 43, Leiden, A. Pit, Keizers-
gracht 525, Amsterdam of Dr. W. Vögelsang, Oosterpark, Amsterdam.

Officieeie Berichten.

Algemeene Vergadering van den Nederlandschen Oudheid-
kundigen Bond, gehouden te Middelburg op 21 Juli 1906.

Na aankomst van trein 11.35 G. T. te Middelburg begaven de deel-
nemers zich naar het Stadhuis, waar zij door het Dagelijksch Bestuur werden
ontvangen en hen de eerewijn werd aangeboden. Het Stadhuis werd be-
zichtigd en, na een wel wat tijdroovenden lunch in de Sociëteit »Sint Joris",
kon aldaar omstreeks 1.45 de vergadering worden geopend, waaraan door
ongeveer vijftig personen werd deelgenomen.

Het jaarverslag wordt door den secretaris gelezen en door de vergadering
ongewijzigd goedgekeurd. Op voorstel van den voorzitter wordt besloten
om voortaan voor de artikelen in het Bulletin desgewenscht een honorarium
te betalen van twee gulden per bladzijde. Deze bepaling zal geen betrekking
hebben op kleinere mededeelingen. boekaankondigingen, e. d. De Heer van
Calcken trekt eene vergelijking tusschen de beschrijving der bezienswaardig-
heden te Maastricht en te Middelburg en maakt eenige opmerkingen over
de soberheid van deze laatste beschrijving, waarop door den secretaris wordt
verwezen naar de Commissie van ontvangst, van wie, ook na herhaald ver-
zoek, niet meer tekst werd ontvangen.

Over de rekening en verantwoording van den penningmeester wordt
verslag uitgebracht door de hiertoe benoemde Commissie bij monde van

7
 
Annotationen