Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 4.1902-1903

DOI Heft:
Nr. 2
DOI Artikel:
Overvoorde, J. C.: Oriënteering van kerken
DOI Artikel:
Overvoorde, J. C.: Het slot van den Winterkoning te Rhenen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17410#0082

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
74

reeds een verschil van o.i graad dit resultaat opleveren. Een fout bij het
vaststellen van de asrichting bij den bouw van y1^ graad (¥ ïï van een
rechten hoek) zal dus bij kerken gewijd aan beschermheiligen, wier naamdag
in de ongunstigste periode valt, reeds in het eindresultaat een fout van
512 jaar aanwijzen.

Het zuiver astronomisch vaststellen van de aslijn is thans met de
instrumenten, die ons ten dienste staan, reeds niet ieders werk, en voor de
middeleeuwen zal, zelfs al leverde het terrein geen moeilijkheden, het bouwen
in de meeste gevallen slechts bij benadering in de juiste richting zijn geschied.1)

Waar nu reeds kleine fouten op het eindresultaat zulke belangrijke
afwijkingen kunnen veroorzaken, geloof ik, dat het praktisch belang van
deze methode voor de berekening van den ouderdom van kerken zeer
gering is. In geval van twijfel over de juistheid van uit andere gegevens
opgebouwde gissingen, zal zij er echter in gunstige gevallen toe kunnen
bijdragen, om de waarschijnlijkheid dier gissingen nader te toetsen.

J. C. O VER VOORDE.

Het slot van den Winterkoning te Rhenen.

In de Mittheilungen zur Geschichte des Heidelberger Schlosses, 1902,
Band IV7, Heft 2, bl. 96—133, wijdt Dr. Joh. Kretzschmar een belangrijk
en uitvoerig artikel aan het slot, door den Winterkoning te Rhenen gebouwd,
en de hierin bijeengebrachte kunstschatten. Waar hierover tot heden slechts
weinig bekend was en het artikel allicht in Holland niet velen onder de
oogen zal komen, acht ik het niet overbodig hier er een kort overzicht
van te doen volgen.

Toen Keurvorst Frederik V van de Pfalz, uit zijne landen verdreven,
in Holland een toevlucht vond, werd hem het Sint Agnietenklooster buiten
Rhenen ten gebruike gegeven. De jachtrijke streek beviel hem, en hij
besloot met de Staten van Utrecht over den aankoop te onderhandelen,
hetgeen leidde tot een verdrag van 25 Mei 1629, waarbij de Staten hem
het klooster met aanhoorigheden gratis afstonden voor hem en zijne erven,
onder bepaling echter, dat bij vervreemding aan de Staten 10.000 gulden
te betalen zoude zijn.

Weldra werd nu met den bouw van een slot begonnen, dat in 1632
gereed kwam. Het was een groot gebouw van twee verdiepingen met het
hoofdfront naar het Noorden, naar den straatweg van Arnhem op Utrecht.
Het hoofdgebouw was 40.9 M. lang, 8.2 M. breed en 9-9 M. hoog en
had twee zijvleugels naar het Zuiden, elk 26.3 M. lang en 5.8 M. breed.

1) Men denke b.v. aan de Groote Kerk te Dordrecht, waar de as van het koor
een reeds met het bloote oog waarneembare noordwaardsche afwijking vertoont met
de as van het schip der kerk. Dit verschil bedraagt volgens de meting door den
heer H. W. Veth, architekt der Kerk, i'/2 graad, hetgeen dus volgens bovenstaande
gegevens bij de berekening naar gelang van het jaargetijde een fout oplevert van
ongeveer 300 a 7500 jaar!
 
Annotationen