DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0084
72
Zijne werken
uitmuntende werken van Matsijs en zelfs eenige, welke
thans nergens meer worden aangetroffen.
Onze vermaarde schilders en kunstschatters Peter
Goetkint, Hendrik van Balen en Adriaan van Stalbemt waar-
deerden, op 31 Maart 1621, eene der prachtigste Antwerpsche
verzamelingen, en daaronder bevonden zich : « Eene schilde-
rye van Sinte Marie Magdalena 1 gedaen bij Quinten
Massijs, geestimeert op 60 gulden, en Een schilderij van
Flora gedaen bij Quinten Massijs, geestimeert op 3o gulden. -
De bovenvermelde Herman de Neyt bezat toen ook : « Een
Stadt omtrent Luyck van Quinten naer dieven, Een
Brand eken van Quinten int ronde, en : Een Lieve
Vrouwen tronie van Quinten. »
Alexander van Fornenberg geeft ons nauwkeuriger en
recht eigenaardige beschrijvingen der gewrochten van den
gevierden kunstenaar, wiens lof hij in dicht en proza maakte.
« Al-hier », zegt hij, « in onse Vermaerde koop-stadt Ant-
werpen, ten Huyse van d'Heer Peeter Stevens, Oud-Aelmoes-
senier, Kerck-Meester der Cathedrale Kercke van Onse
Lieve Vrouwe, ende den Phoenix van alle Konst-minnende
Lief-hebbers, sijn te sien, Dry, de Lof-weerdighste, ende
Boven-al-uytstekende Stucken van onsen M. Quinten. Het
eerste is een Marie-Beeldt, sittende in een en Aerdigh-geco-
1 oreerden Marmeren Throon, hebbende Pilaren van Jaspis,
al-om, met Goude Garnissementen, en Ghesteenten cierelijck
verrijckt ; het Kindeken Jesus, sit op een Purper Fluweel en
kussen, met Gulde Quispels, welck leydt neven de Moeder,
(op de leen des stoels) ende om-helst haer, met een Vrinde-
1 Dit paneel hangt thans in ons museum, onder nummer 243. Het werd ten jare
1836, in de veiling Jan van Hal, te Antwerpen, aangekocht voor 960 franks.
Zijne werken
uitmuntende werken van Matsijs en zelfs eenige, welke
thans nergens meer worden aangetroffen.
Onze vermaarde schilders en kunstschatters Peter
Goetkint, Hendrik van Balen en Adriaan van Stalbemt waar-
deerden, op 31 Maart 1621, eene der prachtigste Antwerpsche
verzamelingen, en daaronder bevonden zich : « Eene schilde-
rye van Sinte Marie Magdalena 1 gedaen bij Quinten
Massijs, geestimeert op 60 gulden, en Een schilderij van
Flora gedaen bij Quinten Massijs, geestimeert op 3o gulden. -
De bovenvermelde Herman de Neyt bezat toen ook : « Een
Stadt omtrent Luyck van Quinten naer dieven, Een
Brand eken van Quinten int ronde, en : Een Lieve
Vrouwen tronie van Quinten. »
Alexander van Fornenberg geeft ons nauwkeuriger en
recht eigenaardige beschrijvingen der gewrochten van den
gevierden kunstenaar, wiens lof hij in dicht en proza maakte.
« Al-hier », zegt hij, « in onse Vermaerde koop-stadt Ant-
werpen, ten Huyse van d'Heer Peeter Stevens, Oud-Aelmoes-
senier, Kerck-Meester der Cathedrale Kercke van Onse
Lieve Vrouwe, ende den Phoenix van alle Konst-minnende
Lief-hebbers, sijn te sien, Dry, de Lof-weerdighste, ende
Boven-al-uytstekende Stucken van onsen M. Quinten. Het
eerste is een Marie-Beeldt, sittende in een en Aerdigh-geco-
1 oreerden Marmeren Throon, hebbende Pilaren van Jaspis,
al-om, met Goude Garnissementen, en Ghesteenten cierelijck
verrijckt ; het Kindeken Jesus, sit op een Purper Fluweel en
kussen, met Gulde Quispels, welck leydt neven de Moeder,
(op de leen des stoels) ende om-helst haer, met een Vrinde-
1 Dit paneel hangt thans in ons museum, onder nummer 243. Het werd ten jare
1836, in de veiling Jan van Hal, te Antwerpen, aangekocht voor 960 franks.