102
Barend van Orley
rug te hebben gekeerd. Na op 3i December i55o zijn woon-
huis « de Faisant »' verkocht te hebben, toog hij naar Haarlem,
waar hij medegrondlegger worden moest eener School; want
men hield er hem voor « den Hollandschen Raphaël. » Hij
overleed aldaar tusschen 1555 en 1566 ; in het eerste jaar
schilderde hij nog zijn werk uit het musée du Loupre, en in
het laatste teekende Guicciardini hem aan bij de dooden.
Alhoewel het kwaad, door Gossaert aan onze School
toegebracht, reeds erg genoeg was, toch werd het den Brus-
selaar Barend van Orley voorbehouden, aan onze oude
nationale kunstbegrippen de vernielendste afbreuk toe te
brengen. In zijne jeugd leefde hij met zijnen vader te Ant-
werpen ; doch hij was spoedig Jan Gossaert gevolgd naar
Italië, waar hij de leerling en zelfs de vriend van Raphaël
werd.
Van Orley 2 was toen jonger, en bijgevolg had hij
ook minder nationale sterkte dan Gossaert. Zijne ontaarding
geschiedde dus oneindig gemakkelijker en de kunstverbas-
tering schoot bij hem veel diepere wortels dan bij zijnen
talentvollen voorganger, omdat hij veel langer te Rome
verbleef en er rechtstreeks onder de leiding van Raphaël
Sanzio studeerde. Van oorspronkelijkheid, van natuur en
waarheid had van Orley nimmer rekening gehouden. Voor
vaderlandsche poëzie, zielroerende gemoedelijkheid en
eigenaardige vormen had hij nooit voorliefde gekoesterd;
en daarom viel het hem geenszins moeielijk navolger te
worden van den Italiaanschen Meester, wien hij nochtans
1 Dit huis, waar Jan Sanders woonde en, achter in den hof, zijn werkhuis had,
draagt thans het nummer 19.2 der Hochstettersstraat.
2 Hij werd omstreeks 1490 geboren te Brussel en stierf aldaar op 5 Januari 1541.
Barend van Orley
rug te hebben gekeerd. Na op 3i December i55o zijn woon-
huis « de Faisant »' verkocht te hebben, toog hij naar Haarlem,
waar hij medegrondlegger worden moest eener School; want
men hield er hem voor « den Hollandschen Raphaël. » Hij
overleed aldaar tusschen 1555 en 1566 ; in het eerste jaar
schilderde hij nog zijn werk uit het musée du Loupre, en in
het laatste teekende Guicciardini hem aan bij de dooden.
Alhoewel het kwaad, door Gossaert aan onze School
toegebracht, reeds erg genoeg was, toch werd het den Brus-
selaar Barend van Orley voorbehouden, aan onze oude
nationale kunstbegrippen de vernielendste afbreuk toe te
brengen. In zijne jeugd leefde hij met zijnen vader te Ant-
werpen ; doch hij was spoedig Jan Gossaert gevolgd naar
Italië, waar hij de leerling en zelfs de vriend van Raphaël
werd.
Van Orley 2 was toen jonger, en bijgevolg had hij
ook minder nationale sterkte dan Gossaert. Zijne ontaarding
geschiedde dus oneindig gemakkelijker en de kunstverbas-
tering schoot bij hem veel diepere wortels dan bij zijnen
talentvollen voorganger, omdat hij veel langer te Rome
verbleef en er rechtstreeks onder de leiding van Raphaël
Sanzio studeerde. Van oorspronkelijkheid, van natuur en
waarheid had van Orley nimmer rekening gehouden. Voor
vaderlandsche poëzie, zielroerende gemoedelijkheid en
eigenaardige vormen had hij nooit voorliefde gekoesterd;
en daarom viel het hem geenszins moeielijk navolger te
worden van den Italiaanschen Meester, wien hij nochtans
1 Dit huis, waar Jan Sanders woonde en, achter in den hof, zijn werkhuis had,
draagt thans het nummer 19.2 der Hochstettersstraat.
2 Hij werd omstreeks 1490 geboren te Brussel en stierf aldaar op 5 Januari 1541.