Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Van den Branden, Frans Jozef Peter
Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool — Antwerpen, 1883

DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0121

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Kunstwerken te Antwerpen

109

wat voornaam en geleerd was binnen Antwerpen. Ook trof
Dürer bij Meester Quinten den geestigen Rotterdamschen
wijsgeer aan, die door zijnen Lof der Zotheid onsterfelijk
moest worden. Desiderius Erasmus, die zelf ook het penseel
hanteerde, schatte den Nurenbergschen teekenaar bijzonder
hoog ; want hij vereerde hem met een Spaansch manteltje en
drie geteekende mansportretten. Dürer schonk hem weder-
keerig eene zijner Passie's in koper gesneden, en konterfeitte
tot tweemaal zijn portret, dat later werd in koper gebracht
met het onderschrift: Imago Erasmi Roterodami ab Alberto
Durero ad vivam effigiem delineata m.dxxvi.

Vervolgens bezocht Dürer de Schuttershoven, waarna
men hem geleidde naar de « Schilderswerkplaats, » in het
tuighuis de Eekhof, op den Oever. In dit ruime gebouw,
waar het krijgstuig der stad, benevens de beelden en wagens
van den Ommegang, werden geborgen, timmerde en schil-
derde men nu ook den eereboog, door wTelken Keizer Karei
zou worden ingehaald. Deze versieringswerken, zegt Dürer,
bestonden uit vier honderd bogen van veertig voeten hoogte,
die aan beide zijden der straten werden opgericht en voorzien
Waren van twee verdiepingen, waarop men kamerspelen
zou vertoonen. Alles, zegde hij, was « overkostelijk » en
kostte van schrijnwerk en schildering 400 gulden, wat voor
dien tijd eene aanzienlijke som was. Volgens den lateren
stadsgreffier Gaspar Gevartius werkten aan deze toebereidselen
voor de feestelijkheden niet min dan tweehonderd en vijftig
schilders.

Dürer nam al de Antwerpsche kunstmerkwaardigheden
in oogenschouw en hij laat zich daarover met veel bewonde-
ring uit.
 
Annotationen