DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0281
Eenige fijner werken
269
der maakte van vier kinderen : Suzanna, Elisabeth, Lucretia
en Steven.1 Hij was toen reeds lang als schilder beroemd, want
in 155^ kozen zijne kunstmakkers hem tot hunnen Deken.
Guicciardini, die met onzen Meester in betrekking kwam,
noemt hem : « Wilhelm Gay van Breda, borger van Antwer-
pen, seer fraéy schilder van hi story en, maer uytnemende in
het beworpen nae 't leven, een sober, statich ende scherpsin-
nich man. » Van Mander, die verscheidene zijner paneelen
bewonderen mocht, verklaart, dat « hy was een seer goet
Conterfeyter na 't leven, de natuere in alles seer na comende. »
Tusschen de puikstukken der oude AntAverpsche verzame-
lingen zagen wij van hem een vijftiental Mannen en Vrou-
wentroniën, waaronder een tronie van Coninck Phi-
lip pus van Spaignien, een doot Kint op paneel en
eenen Engel op paneel. In Onze-Lieve-Vrouwenkerk
maalde hij voor den altaar der Kremers een tafereel « daer
Christus roept : Comt al tot mij, die belast zijt en
beladen; » doch het werd, helaas! in den beeldenstorm ver-
nield. Voor het stadhuis van Antwerpen schilderde hij een
paneel waarop de Heeren van het Magistraat levens-
groot waren afgebeeld ; maar het werd verteerd door de
vlammen der Spaansche Furie. Eene dergelijke bestelling
had hij voorzeker niet bekomen, indien hij niet algemeen
gehouden was geweest voor eenen der beste portretmalers.
Er viel hem zelfs eene nog grootere onderscheiding te beurt.
Hij werd aan het Hof geroepen, om den hoogmogenden Staats-
raad Granvelle naar het leven in zijne kardinaalskleeren te
1 Steven Key, die in Januari '1593 vijf en twintig jaren telde, werd kruidenier ; zijne
zuster Suzanna huwde den schilder Huibrecht Bueckeleer, Elisabeth werd vrouw van
Hans IJkens en Lucretia overleed als jonge dochter.
269
der maakte van vier kinderen : Suzanna, Elisabeth, Lucretia
en Steven.1 Hij was toen reeds lang als schilder beroemd, want
in 155^ kozen zijne kunstmakkers hem tot hunnen Deken.
Guicciardini, die met onzen Meester in betrekking kwam,
noemt hem : « Wilhelm Gay van Breda, borger van Antwer-
pen, seer fraéy schilder van hi story en, maer uytnemende in
het beworpen nae 't leven, een sober, statich ende scherpsin-
nich man. » Van Mander, die verscheidene zijner paneelen
bewonderen mocht, verklaart, dat « hy was een seer goet
Conterfeyter na 't leven, de natuere in alles seer na comende. »
Tusschen de puikstukken der oude AntAverpsche verzame-
lingen zagen wij van hem een vijftiental Mannen en Vrou-
wentroniën, waaronder een tronie van Coninck Phi-
lip pus van Spaignien, een doot Kint op paneel en
eenen Engel op paneel. In Onze-Lieve-Vrouwenkerk
maalde hij voor den altaar der Kremers een tafereel « daer
Christus roept : Comt al tot mij, die belast zijt en
beladen; » doch het werd, helaas! in den beeldenstorm ver-
nield. Voor het stadhuis van Antwerpen schilderde hij een
paneel waarop de Heeren van het Magistraat levens-
groot waren afgebeeld ; maar het werd verteerd door de
vlammen der Spaansche Furie. Eene dergelijke bestelling
had hij voorzeker niet bekomen, indien hij niet algemeen
gehouden was geweest voor eenen der beste portretmalers.
Er viel hem zelfs eene nog grootere onderscheiding te beurt.
Hij werd aan het Hof geroepen, om den hoogmogenden Staats-
raad Granvelle naar het leven in zijne kardinaalskleeren te
1 Steven Key, die in Januari '1593 vijf en twintig jaren telde, werd kruidenier ; zijne
zuster Suzanna huwde den schilder Huibrecht Bueckeleer, Elisabeth werd vrouw van
Hans IJkens en Lucretia overleed als jonge dochter.