Zijne wederkomst in het vaderland 711
Dijck het beroemde Laatste avondmaal 1 van Leonardo
da Vinei. Bij zijnen terugtocht langs Turijn kwam onze schil-
der in gezelschap der echtgenoote van zijnen gewezen be-
schermer, den Graaf van Arundel, die met hare beide zonen
eene kunstreis deed. Deze ontmoeting verwekte een weder-
zijdsch genoegen. De doorluchtige Engelsche' edelvrouw
drong sterk aan, om den bevalligen en talentvollen schilder
te doen besluiten zich met haar naar Londen te begeven.
Van Dijck bedankte hoffelijk voor die onderscheiding en
keerde naar Genua, waar hij de geliefde huisvriend was van
onzen Cornelis de Wael. Op eenen nieuwen kunsttocht
maalde van Dijck te Florentië het afbeeldsel van zijnen
vermaarden stadgenoot Joost Sus ter mans. Hofschilder
van den Hertog van Toskanen. Na nog verschillige andere
kunststeden te hebben bezocht, wendde hij zijne stappen
naar het vaderland. Den i2n December 1625 verklaren zijne
broeders' en zusters vóór Schepenen van Antwerpen, dat
Antoon nog buitenslands is. Oudere schrijvers willen, dat
hij in 1626 binnen zijne geboortestad terugkwam; doch wij
vonden daarvan geen het minste spoor. Alvorens naar de
Scheldestad weder te keeren, kan hij Holland wel hebben
bezocht; want in het Haagsche'museum prijkt het Portret
van Sir S hef field, gouverneur van den Briel, met de
onderteekening : eet. svee : 3j. 1627. Ant.° van Dijck fecit.
Het eerste zeker bewijs, dat wij van Antoons wederkomst
binnen Antwerpen vonden, dagteekent van 6 Maart 1628.
Op dien datum verleed Antoon van Dijck in onze stad zijn
1 Dit «Avontmael van van Dijck, naer Leonardo da Vinei, op paneel» bevond
zich op 6 Juli 1657, nog «in de principaelste constcamer» der weduwe van den Ant«*
werpschen kunstverzamelaar Jan van Borm.
Dijck het beroemde Laatste avondmaal 1 van Leonardo
da Vinei. Bij zijnen terugtocht langs Turijn kwam onze schil-
der in gezelschap der echtgenoote van zijnen gewezen be-
schermer, den Graaf van Arundel, die met hare beide zonen
eene kunstreis deed. Deze ontmoeting verwekte een weder-
zijdsch genoegen. De doorluchtige Engelsche' edelvrouw
drong sterk aan, om den bevalligen en talentvollen schilder
te doen besluiten zich met haar naar Londen te begeven.
Van Dijck bedankte hoffelijk voor die onderscheiding en
keerde naar Genua, waar hij de geliefde huisvriend was van
onzen Cornelis de Wael. Op eenen nieuwen kunsttocht
maalde van Dijck te Florentië het afbeeldsel van zijnen
vermaarden stadgenoot Joost Sus ter mans. Hofschilder
van den Hertog van Toskanen. Na nog verschillige andere
kunststeden te hebben bezocht, wendde hij zijne stappen
naar het vaderland. Den i2n December 1625 verklaren zijne
broeders' en zusters vóór Schepenen van Antwerpen, dat
Antoon nog buitenslands is. Oudere schrijvers willen, dat
hij in 1626 binnen zijne geboortestad terugkwam; doch wij
vonden daarvan geen het minste spoor. Alvorens naar de
Scheldestad weder te keeren, kan hij Holland wel hebben
bezocht; want in het Haagsche'museum prijkt het Portret
van Sir S hef field, gouverneur van den Briel, met de
onderteekening : eet. svee : 3j. 1627. Ant.° van Dijck fecit.
Het eerste zeker bewijs, dat wij van Antoons wederkomst
binnen Antwerpen vonden, dagteekent van 6 Maart 1628.
Op dien datum verleed Antoon van Dijck in onze stad zijn
1 Dit «Avontmael van van Dijck, naer Leonardo da Vinei, op paneel» bevond
zich op 6 Juli 1657, nog «in de principaelste constcamer» der weduwe van den Ant«*
werpschen kunstverzamelaar Jan van Borm.