Overview
Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Van den Branden, Frans Jozef Peter
Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool — Antwerpen, 1883

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0760

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
748 De ouders van Deodaat van der Mont

Willem van der Mont verklaarde, in een vertoog aan
ons Magistraat, onschuldig veroordeeld te zijn geweest. Hij
had, zegde hij, een groot geding gewonnen tegen den Officier
van Luik ; en, om zich over de nederlaag te wreken, had
deze, terwijl van der Mont op zijne bovenkamer aan tafel zat,
een kofferken met valsche munten, door een venster, in
zijnen winkel doen steken. Daarop viel de Officier met de
gewapende macht in huis, nam het kofferken in beslag en
onzen zilversmid als valschen munter gevangen. De aantijging
was zóo verpletterend, dat het gerecht de bewijzen der on-
plichtigheïd van den beschuldigde niet wilde aanhooren. De
eigentlijke valsche munter, die op voorhand ontdekt en gevan-
gen was, werd ter dood verwezen, en van der Mont bij
klaroengeschal gebannen uit de stad en het land van Luik.
Sint Truien erkende eventwel 's mans onschuld en ontving
hem terug binnen hare muren. Thans wilde hij ook te
Antwerpen als eerlijk man zijn brood mogen verdienen. Na
een onderzoek van vijf maanden stond ons Magistraat hem,
op 14 September i5g3, dit verzoek toe, doch onder voor-
waarde dat hij te Luik zijne onschuld zou doen blijken.
Eerst twee jaren later leverde de verdachte een getuigschrift
zijner onplichtigheid, geteekend door voorname geestelijke en
.wereldlijke personen, waaronder advocaten, procureurs en
notarissen; en, op 5 Augustus i5g5, liet de Antwerpsche Re-
geering onzen zilversmid toe, tot nadere beslissing, zijn
ambacht uit te oefenen. Van der Mont betrok bij zijne komst
in onze stad een huurhuis der Schoenmarkt. Daarna vestigde
hij zich in het huis de Zaag, der Wijngaardstraat, dat hij
aankocht op 8 Augustus 1606. De man maakte dus spoedig
voortreffelijke zaken, en geen wonder, daar hij prachtige
 
Annotationen