Adriaan de Brouwer
847
Jezuïetenkerk in plaat, welke hij den 3n Januari 1645
opdroeg aan ons Magistraat, dat hem daarvoor met 60 gulden
beloonde. Jan de la Barre bewoonde, met zijne vrouw,
Anna van Houbraken, en zijn eenig kind, Maria Christina,
een huurhuis op de Meir, tegen 190 gulden in het jaar. Hij
stierf alhier korts na den 711 Maart 1668.
Na Jan de la Barre verscheen in onze stad de befaamde
Adriaan de Brouwer, die te Oudenaarde werd geboren om-
streeks 1606.1 Echter kwam ook deze meester van Noord-
Nederland naar Antwerpen. Hij leerde het schilderen te
Haarlem bij den even zeer beroemden Frans Hals, dien onze
Adriaan ontliep, omdat hij zijn talent uitbuitte en zijnen
vlijt met stokslagen vergeldde. Meester de Brouwer had
reeds sedert ettelijke jaren puiktafereelen geleverd en daar-
bij ook allerlei guitenstreken verricht, toen hij zich, in den
winter van i63i, te Antwerpen als vrijmeester der Schilders-
Kamer liet inschrijven. Aanstonds ontving de zes en twintig-
jarige vrijmeester eenen leerling in Jan Baptist Dandoy;
want zijn roem was hem in de Rubensstad voorafgegaan.
Den 411 Maart i632 « compareerde SignorAdriaen Brouwer,
constschilder, residerende binnen dese stadt Antwerpen » voor
den notaris Peter de Breuseghem. Ten verzoeke van Daniël
Deegbroot verklaart hij daar, voor de gerechte waarheid, in
plaats van eed, dat hij zekere schilderij : een Boerendans,
waarvan de omtrek aan de achterzijde van den akt wordt
geteekend, niet meer dan ééns geschilderd heeft, en dat die
schilderij in handen is van den heer Peter Pauwel Rubens.
Rubens is daar ingeslijks tegenwoordig en bevestigt, dat hij
Zie ons afzonderlijk werk : Adriaan de Brouwer en Joos van Craesbeeck.
847
Jezuïetenkerk in plaat, welke hij den 3n Januari 1645
opdroeg aan ons Magistraat, dat hem daarvoor met 60 gulden
beloonde. Jan de la Barre bewoonde, met zijne vrouw,
Anna van Houbraken, en zijn eenig kind, Maria Christina,
een huurhuis op de Meir, tegen 190 gulden in het jaar. Hij
stierf alhier korts na den 711 Maart 1668.
Na Jan de la Barre verscheen in onze stad de befaamde
Adriaan de Brouwer, die te Oudenaarde werd geboren om-
streeks 1606.1 Echter kwam ook deze meester van Noord-
Nederland naar Antwerpen. Hij leerde het schilderen te
Haarlem bij den even zeer beroemden Frans Hals, dien onze
Adriaan ontliep, omdat hij zijn talent uitbuitte en zijnen
vlijt met stokslagen vergeldde. Meester de Brouwer had
reeds sedert ettelijke jaren puiktafereelen geleverd en daar-
bij ook allerlei guitenstreken verricht, toen hij zich, in den
winter van i63i, te Antwerpen als vrijmeester der Schilders-
Kamer liet inschrijven. Aanstonds ontving de zes en twintig-
jarige vrijmeester eenen leerling in Jan Baptist Dandoy;
want zijn roem was hem in de Rubensstad voorafgegaan.
Den 411 Maart i632 « compareerde SignorAdriaen Brouwer,
constschilder, residerende binnen dese stadt Antwerpen » voor
den notaris Peter de Breuseghem. Ten verzoeke van Daniël
Deegbroot verklaart hij daar, voor de gerechte waarheid, in
plaats van eed, dat hij zekere schilderij : een Boerendans,
waarvan de omtrek aan de achterzijde van den akt wordt
geteekend, niet meer dan ééns geschilderd heeft, en dat die
schilderij in handen is van den heer Peter Pauwel Rubens.
Rubens is daar ingeslijks tegenwoordig en bevestigt, dat hij
Zie ons afzonderlijk werk : Adriaan de Brouwer en Joos van Craesbeeck.