1276
Tweede schilderij roof
wakkere luitenant der huzaren reeds terug in Antwerpen,
om er zijne rooverstaak te hernemen. Den 2011 October klom
hij, met sleependen sabel, den trap op der Borze, om
in de Schilders-Kamer te zien, wat daar nog kon worden
mede genomen. Onze Dekens smeekten hunnen Franschen
kunstmakker geene tafereelen meer te ontvoeren ; maar Bar-
bier eischte toch nog hun beste gewrocht, het portret van
Quinten Matsijs, door dien meester zeiven geschilderd. Hoe
pijnlijk de ontvreemding van dit puikstuk onzen kunstenaren
ook viel. zij dorsten er zich niet tegen verzetten; maar,
toen de trotsche huzaar ook de hand legde op den eer-
biedwaardigen dekenstoel des Oppermeesters Peter Pauwel
Rubens, toen betwistten zij hem daartoe het recht en Barbier
mocht dit meubel niet medevoeren, dan tegen het volgende
ontvangstbewijs :
« Moi Barbier, commissaire, nommê par les représentans du Peuple prés les
armées du Nord, Sambre et Meuse, pour i'extraction en pays conquis des objets de
science et d'art, ait fait enlever a l'Académie d'Auvers, un fauteuil sur lequel Rubens
peignait, pour le transporter au museum a Paris.
Fait a Anvers le vingt neuf Vendemiaire 3e année républicaine.
Barbier
commissaire. »
Voor het oplichten van schilderijen maakte de gevol-
machtigde kunstschattenroover zulke plichtplegingen niet.
Enkel op zijne willekeurige bevelen ontvoerde men nog,
uit de hoofdkerk : de Hemelvaart van Maria door
Rubens, den Val der Engelen door Frans Floris, het
laatste Oordeel door Jacob de Backer, en de Discipelen
van Emmaüs door Mare Antonio Garibaldo ; uit de kerk
der Minderbroeders : Christus aan het Kruis, de
Kroning van Maria, en eene kleine Kruisafdoening,
Tweede schilderij roof
wakkere luitenant der huzaren reeds terug in Antwerpen,
om er zijne rooverstaak te hernemen. Den 2011 October klom
hij, met sleependen sabel, den trap op der Borze, om
in de Schilders-Kamer te zien, wat daar nog kon worden
mede genomen. Onze Dekens smeekten hunnen Franschen
kunstmakker geene tafereelen meer te ontvoeren ; maar Bar-
bier eischte toch nog hun beste gewrocht, het portret van
Quinten Matsijs, door dien meester zeiven geschilderd. Hoe
pijnlijk de ontvreemding van dit puikstuk onzen kunstenaren
ook viel. zij dorsten er zich niet tegen verzetten; maar,
toen de trotsche huzaar ook de hand legde op den eer-
biedwaardigen dekenstoel des Oppermeesters Peter Pauwel
Rubens, toen betwistten zij hem daartoe het recht en Barbier
mocht dit meubel niet medevoeren, dan tegen het volgende
ontvangstbewijs :
« Moi Barbier, commissaire, nommê par les représentans du Peuple prés les
armées du Nord, Sambre et Meuse, pour i'extraction en pays conquis des objets de
science et d'art, ait fait enlever a l'Académie d'Auvers, un fauteuil sur lequel Rubens
peignait, pour le transporter au museum a Paris.
Fait a Anvers le vingt neuf Vendemiaire 3e année républicaine.
Barbier
commissaire. »
Voor het oplichten van schilderijen maakte de gevol-
machtigde kunstschattenroover zulke plichtplegingen niet.
Enkel op zijne willekeurige bevelen ontvoerde men nog,
uit de hoofdkerk : de Hemelvaart van Maria door
Rubens, den Val der Engelen door Frans Floris, het
laatste Oordeel door Jacob de Backer, en de Discipelen
van Emmaüs door Mare Antonio Garibaldo ; uit de kerk
der Minderbroeders : Christus aan het Kruis, de
Kroning van Maria, en eene kleine Kruisafdoening,