Van den Branden, Frans Jozef Peter: Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool (Antwerpen, 1883)

De niet weer gekomen schilderijen 13y3

portretten van Philips Rubens, Jan Moretus en Jan
Brenghel, alle drie van Rubens; het portret van Jan
Snellinck, van Antoon van Dijck; de Moeder Gods
met het Kindeken, van Hans Hol bei n; het Laatste
Oordeel, van Jacob de Backer; Maria met Christus'
Lijk gesteund door Engelen, van Wenzel Goberger;
de Begrafenis Christi, van Abraham Janssens; de Ver-
schijning der Heilige Maagd met het Kindeken
aan Sint Franciscus van Assisi, van Abraham Mat-
thijs; een Sint Felix, van Gillis Backereel; de Disci-
pelen van Emmails, van Mare Antonio Garibaldo; de
Kroning van Maria, van A. Vinkenborg; eene Kruis-
draging Christi, van Peter Thijs, en de twee prachtige
kopijen van Rubens en Jordaens door den Predikheer Thijs.

Bij den aanvang der maand Februari 1816 waren al de
teruggekeerde schilderijen, onder het toezicht van Herreyns,
in ons museum uitgestald. In de eerste dagen mocht men ze
slechts aanschouwen tegen een inkomgeld van drie francs,
dat ten behoeve der armen werd ontvangen. Spoedig werd
echter het museum kosteloos opengesteld, en dan was het als
eene begankenis ter bewondering der puikgewrochten onzer
beroemde voorvaderen.

Ingevolge het besluit van i5 Maart 1816 werd een deel
dezer kunststukken op hunne vroegere plaatsen teruggebracht
in de kerken, welke weder aan den godsdienst waren toe-
gewijd. De tafereelen voortkomstig van de afgeschafte kloos-
ters verbleven aan ons museum en zij maakten het ruimste
en schoonste aandeel uit.

Den 911 December 1815 had de Maire Vermoeien, in de
zitting van de Maatschappij der schoone Kunsten, voorgesteld