DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#1084
1072
Peter Spierinckx
hij door zelfonderricht de verven had leeren bereiden en de
penseelen behandelen, maakte hij als landschapschilder zijn
proefstuk voor onze Sint Lucasgilde. Hij dacht er niet aan
het land te verlaten ; maar hij geraakte in liefdebetrekking
met zekere Anna Snayers, en toen deze hem op 26'1 Juni
1660 eene bastaarddochter schonk, spoedde zich onze schil-
der over de Alpen. Vandaar keerde hij naar Frankrijk, waar
Louis XIV hem eenige landschappen liet vervaardigen. In
1666 bevond zich Peter Spierinckx terug in zijne geboorte-
stad. Hij maalde dan de stout samengestelde, doch somber
gekleurde Landschappen, waarvan er nog twee op zijnen
naam in onze Augustijnenkerk hangen. Ook het Madridsche
museum bewaart van hem twee Italiaansche Land-
schappen.
Den 5n September 1666 trad Peter Spierinckx, binnen
Antwerpens hoofdkerk, in den echt met Joanna Maria de
Jode, Geeraards dochter. Geene kinderen kwamen hun huis
vervroolijken. Het gehuwd paar vestigde zich aanstonds bij
Peters moeder op de Meir, in het huis de Keizer, nummer 34,
dat den 23n Mei 1670 zijn eigendom werd, terwijl nog vijf
andere aanzienlijke huizen in zijn bezit kwamen. Bij den
aanvang van het jaar 1697 betrok Peter Spierinckx in de
Otto Veniusstraat, het huis met hof, nummer 35, dat zijn
vriend en kunstmakker, Karei Emmanuel Biset uit armoede
had moeten verlaten. In dit huis verleed Spierinckx, den 14°
November 1702, in ziekelijken toestand, een testament; doch
hij leefde nog tot in 1711 en werd den 3o" Augustus van dit
jaar in de Sint Jacobskerk, vóór de hooge koor, onder den
zerk van den beeldhouwer Artus Quellin II, begraven.
De landschapschilder Jan Frans Soolmaker, over wien
Peter Spierinckx
hij door zelfonderricht de verven had leeren bereiden en de
penseelen behandelen, maakte hij als landschapschilder zijn
proefstuk voor onze Sint Lucasgilde. Hij dacht er niet aan
het land te verlaten ; maar hij geraakte in liefdebetrekking
met zekere Anna Snayers, en toen deze hem op 26'1 Juni
1660 eene bastaarddochter schonk, spoedde zich onze schil-
der over de Alpen. Vandaar keerde hij naar Frankrijk, waar
Louis XIV hem eenige landschappen liet vervaardigen. In
1666 bevond zich Peter Spierinckx terug in zijne geboorte-
stad. Hij maalde dan de stout samengestelde, doch somber
gekleurde Landschappen, waarvan er nog twee op zijnen
naam in onze Augustijnenkerk hangen. Ook het Madridsche
museum bewaart van hem twee Italiaansche Land-
schappen.
Den 5n September 1666 trad Peter Spierinckx, binnen
Antwerpens hoofdkerk, in den echt met Joanna Maria de
Jode, Geeraards dochter. Geene kinderen kwamen hun huis
vervroolijken. Het gehuwd paar vestigde zich aanstonds bij
Peters moeder op de Meir, in het huis de Keizer, nummer 34,
dat den 23n Mei 1670 zijn eigendom werd, terwijl nog vijf
andere aanzienlijke huizen in zijn bezit kwamen. Bij den
aanvang van het jaar 1697 betrok Peter Spierinckx in de
Otto Veniusstraat, het huis met hof, nummer 35, dat zijn
vriend en kunstmakker, Karei Emmanuel Biset uit armoede
had moeten verlaten. In dit huis verleed Spierinckx, den 14°
November 1702, in ziekelijken toestand, een testament; doch
hij leefde nog tot in 1711 en werd den 3o" Augustus van dit
jaar in de Sint Jacobskerk, vóór de hooge koor, onder den
zerk van den beeldhouwer Artus Quellin II, begraven.
De landschapschilder Jan Frans Soolmaker, over wien