DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0677
Jan en Antoon de Wael
665
Doortocht der Roode Zee; in het museum van Nantes
een Tandentrekker; op het Stadhuis van Antwerpen
een weinig kleurrijk maar levendig gestoffeerd landschap : de
Komst van den Prins-Kardinaal aan Sint Joris-
poort, en in de Sin te Gertrudiskapel onzer Sint Jacobskerk
twee rondeeltjes, verbeeldende het eene : de Heilige Drie-
vuldigheid, en het andere : den Engel met den Chris-
tenen en den Moorenslaaf, visioen van Sint Joannes
van Mart ha. Cornelis de Wael beoefende ook de graveer-
kunst en daarin, alsmede in het schilderen, vormde hij eenen
leerling in den bastaard zijns broeders. Deze Jan de Wael de
Jonge werd vroegtijdig bij zijnen oom Cornelis naar Genua
gezonden. Behalve zijne reeks gekende platen naar de Ita-
liaansche volkstafereelen van zijnen oom en meester, vervaar-
digde hij ook schilderijen, waarvan er, in de galerij Lich-
tenstein, te W^eenen, éene op zijnen naam is bewaard
gebleven en voorstelt : Ita liaansche Boeren, die bij eenen
ouden muur met de kaart spelen, terwijl eene vrouw met een
kind op den voorgrond treedt. In het museum van Nantes
vindt men van hem een doekje : Drinkers bij de Tafel.
Nog een andere naam- en stadgenoot der de Waels beoe-
fende op ditzelfde tijdstip de kunst in Italië. Het was Antoon
de Wael, zoon van den koopman Jan de Wael en van Mag-
dalena Hallemans, in onze hoofdkerk gedoopt den 8n Al aart
1629. Ten jare 1642 ging hij zich oefenen onder de leiding
van den figuurschilder Jan Boots, maartoog, zoodra hij vol-
leerd was, naar Italië. Hij vestigde zich te Rome en stoffeerde
daar de Landschappen van Bar tol omen Torregiani, welke
nu nog pronken in de eeuwige stad, te Munchen en te Ma-
drid. Onze Antoon de Wael werd in den zomer van 1672, te
665
Doortocht der Roode Zee; in het museum van Nantes
een Tandentrekker; op het Stadhuis van Antwerpen
een weinig kleurrijk maar levendig gestoffeerd landschap : de
Komst van den Prins-Kardinaal aan Sint Joris-
poort, en in de Sin te Gertrudiskapel onzer Sint Jacobskerk
twee rondeeltjes, verbeeldende het eene : de Heilige Drie-
vuldigheid, en het andere : den Engel met den Chris-
tenen en den Moorenslaaf, visioen van Sint Joannes
van Mart ha. Cornelis de Wael beoefende ook de graveer-
kunst en daarin, alsmede in het schilderen, vormde hij eenen
leerling in den bastaard zijns broeders. Deze Jan de Wael de
Jonge werd vroegtijdig bij zijnen oom Cornelis naar Genua
gezonden. Behalve zijne reeks gekende platen naar de Ita-
liaansche volkstafereelen van zijnen oom en meester, vervaar-
digde hij ook schilderijen, waarvan er, in de galerij Lich-
tenstein, te W^eenen, éene op zijnen naam is bewaard
gebleven en voorstelt : Ita liaansche Boeren, die bij eenen
ouden muur met de kaart spelen, terwijl eene vrouw met een
kind op den voorgrond treedt. In het museum van Nantes
vindt men van hem een doekje : Drinkers bij de Tafel.
Nog een andere naam- en stadgenoot der de Waels beoe-
fende op ditzelfde tijdstip de kunst in Italië. Het was Antoon
de Wael, zoon van den koopman Jan de Wael en van Mag-
dalena Hallemans, in onze hoofdkerk gedoopt den 8n Al aart
1629. Ten jare 1642 ging hij zich oefenen onder de leiding
van den figuurschilder Jan Boots, maartoog, zoodra hij vol-
leerd was, naar Italië. Hij vestigde zich te Rome en stoffeerde
daar de Landschappen van Bar tol omen Torregiani, welke
nu nog pronken in de eeuwige stad, te Munchen en te Ma-
drid. Onze Antoon de Wael werd in den zomer van 1672, te