Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Van den Branden, Frans Jozef Peter
Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool — Antwerpen, 1883

DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0755

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Zijne wettige dochter

743

maar acht dagen telde, erfde toch een deel van het kunst-
vermogen haars wereldberoemden vaders. Het meisje beleefde
nochtans noodlottige kinderjaren. Hare moeder hertrouwde
spoedig met Ridder Richard Pryse; doch overleed bij den
aanvang van 1645. Den 2811 April van dit jaar, gaf de
begijn Suzanna van Dijck, voor Schepenen van Antwer-
pen, volmacht aan « Mr Jan HoofF, weduwenaer, eertijts
bij wijlen Antonio van Dijck, Ridder, haren broeder, ge-
woond hebbende, om in haren naem gade te slaen ende te
regeren de goederen, Justina van Dijck, out drij jaren en half,
toekomende, mits der doodt ende aflijvicheyt van haren vader
ende moeder. » De goede tante verzocht den aangestelden
persoon met den stiefvader af te rekenen, de weeze onder zijn
toezicht op te voeden, ofwel het kindje tot haar te zenden. Op
24 November 1649 verleed de tante een testament, waarin de
bastaarddochter van Antoon van Dijck mild werd herdacht.
Indien echter « Justina van Dijck des voorschreven wijlen
heer Anthonis wettige dochter, woonende in Engeland, om
der religie wille, overquame, ende alhier te lande heure woo-
ninge name, ende dat zij daer dore van haere middelen, die
zij in Engeland heeft, quame gefrustreert te worden, » dan
zou zij even mild worden bejegend. Daar de weeze niet over-
kwam, zoo ging haar oom, heer Waltmanus van Dijck, pas-
toor van Minderhout, op het einde van September 1654, naar
Londen, om er de dochter van zijnen overleden broeder te
halen. Echter keerde hij in November alleen terug, om reden,
dat Justina van Dijck het vorige jaar, toen zij slechts twaalf
jaren telde, gehuwd was met Sir John Baptist Stepney de
Frendergast, derden Baronnet van dien naam in het graafschap
Pembroke. Tante Suzanna was innig bedroefd over die ontij-
 
Annotationen