Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Van den Branden, Frans Jozef Peter
Geschiedenis der Antwerpsche schilderschool — Antwerpen, 1883

DOI Page / Citation link: 
https://doi.org/10.11588/diglit.20670#0988

DWork-Logo
Overview
loading ...
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
976

Ni co las de Largillière

vervolgens naar Weenen, Amsterdam, 'sGravenhage en Dus-
seldorf te zijn gereisd. Hij onderscheidde zich voornamelijk als
portretschilder. Het eigen afbeeldsel van Antoon Schoon-
jans prijkt nu nog in het museum van Florentië en in de
galerij Schleissheim. Aldaar vindt men ook nog van den
meester het portret van Anna Louisa de Médicis, ge-
malinvan den Paltsgraaf Johann Wilhelm, de beeltenis
een er Oude Vrouw, eene Vrouw met pelzen Muts,
een Meisje met een en Vogel, en Offerende Ves-
taalsche Maagden. Een ander zijner gewrochten : Nar-
cissus verliefd op zijn Evenbeeld bij den Water-
spiegel, hangt in het museum van Munchen. Men wil dat
Antoon Schoonjans in 1726 te Weenen stierf als schilder van
het Keizerlijk Hof, welke titel hem het voorrecht verschafte
tal van Vorsten en Vorstinnen naar het leven te mogen malen.

Nicolas de Largillière werd te Parijs geboren op 10
October 165(5, doch zijn vader, de koopman-hoedenmaker
Antoine de Largillière, werd den 2111 November i65g poorter
van Antwerpen, zoodat zijn zoon Nicolas zich ook in onze
stad bevond van toen hij nauwelijks drie jaren telde. De
Fransche knaap groeide tusschen onze kunstlievende Vlaarn-
sche jongens op en kreeg daardoor neiging voor het schilderen.
Toen zijn vader hem naar Londen zond om den handel te
leeren, krabbelde hij op zijne papieren meer mannekens
dan cijfers of letters. Na eenige maanden verblijf aan de Teems,
zond men hem als voor den handel ongeschikt terug naar Ant-
werpen, waar het hem geoorloofd werd zich op de kunst toe
te leggen. Volgens den Liggere onzer Sint Lucasgilde werd
Nicolas de Largillière ten jare 1669 in onze stad leerling-
schilder van meester Antoon Goubau. Na vijf jaren studie
 
Annotationen