Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 3.1901-1902

DOI Heft:
Nr. 4
DOI Artikel:
Kalf, Jan: De Textiele kunst in het Nederlandsch Museum, [4]
DOI Artikel:
Boekbeoordeeling en Aankondiging
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.17409#0190

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
182

Boekbeoordeeling en -Aankondiging.

Ermitage Impériai. Catalogue dc la Galerie des Tableaux.
Deuxième partie. Ecoles néerlandaises et école allemande.
Par A. Somof. St. Pétersbourg 1901. 8°.

Reeds na zes jaren heeft de ijverige directeur van de Kei-
zerlijke Ermitage te St. Peterburg, de heer Somof, een nieuwen
druk uitgegeven van zijn voortreffelijken catalogus der afdeeling
Nederlandsche en Duitsche scholen. Dat was niet alleen noodig
om eenige verbeteringen aan te brengen, maar vooral ook om de
belangrijke aanwinsten die hij kon beschrijven.

Vooreerst konden wederom eenige stukken uit het dépot te voor-
schijn gehaald worden. In 1893 een Soldatenwachtkamer van Jacob
Duck (gemerkt) en in 1894 een Buitenpartij van Adriaen van de
Venne van 1621, niettegenstaande de duidelijke naamteekening
vroeger gehouden voor het product van een onbekend schilder uit
de school van Brueghel, benevens twee kleine tegenhangers van
Arie de Vois (gemerkt), waarvan het eene stukje een slapende nimf,
het andere een gewonden jager voorstelt.

Een onderzoek in het meubilair van het Keizerlijk Paleis
Lazienki te Warschau in 1895 had het onverwacht gunstige gevolg,
dat er nevens een Rembrandt drie andere werken van groote waarde
uit verwijderd en naar St. Petersburg overgebracht konden worden.
Een zelfportret van Aert de Gelder (gemerkt) en een van Bartholomeus
van der Helst, dat evenals het exemplaar in de Uffizi te Florence
overeenkomt met de fraaie zwartekunstprent van Blooteling; het
Petersburgsche is afkomstig van de veiling coll. van der Marck van
1775. Ten derde een Jan Steen »De moeielijke keuze", een variant
op het o. a. ook door Moyaert in het Rijksmuseum behandelde
thema, waarbij de schilder het weer niet heeft kunnen laten, er een
spreuk bij te zetten : »dat ghy soekt socht ick me". De Rembrandt
is het portret van een aanzienlijk jonkman en gold voor een werk
van Jacob Gerritsz. Cuyp, ofschoon het gemerkt is : Rembrandt
f. 1634. Er is dezelfde jongeling op voorgesteld als op het portret
in de National Gallery te Dublin, dat vroeger in de coll. Dansaert
te Brussel verkeerdelijk Johannes Antonides van der Linden heette.

In 1897 haalde de heer Somof uit het paleis Peterhof nog een
Duck, een Buitverdeeling (gemerkt) en twee ronde riviergezichtjes
van Jan van Goyen, waarvan het ecne met zijn monogram en het
jaartal 1641 gemerkt is, en die behooren bij twee dergelijke stukjes,
 
Annotationen